De WW was er binnen het uur en had voor het gemak een giga bus naast mijn auto op de oprit van de overbuurman gezet.
Wegenwacht doet mijn voorklep open, gaat in mijn auto zetten, start en flutter-flutter doet de motor en dan slaat hij aan.
Wegenwacht buigt zich over de motor, kijkt me serieus aan en zegt dat ik snél naar de garage moet om de auto na te laten kijken op ‘vocht in de ontsteking’. Klep dicht.
Ik ga naar binnen, haal m’n tas, kom weer buiten en daar staat de WW-man een collega te bellen omdat hij zelf niet meer met de bus uit de oprijlaan van de overbuurman komt: de wielen zitten diep in de aarde.
Ik rijd weg langs buren die staan te kijken naar wat er is Gebeurd en mijn blik (die van de ‘schuldige’) mijden.
Bij een garage in een volgend dorp kijkt een monteur naar de ontsteking. Die *niet* nat is.
Hij vraagt of de Wegenwacht ook iets heeft bekeken. Eh… nee.
Hij doet nog wat open. Hij weet het ook niet. Het kan van alles zijn. En ik moet goed opletten wanneer het zich weer voordoet. Wat voor weer het dan is.
Ik reken af, rijd naar Plusmarkt en postkantoor. Zie bij het ‘t dorp weer inrijden net de PTT wegzoeven (die een pakje voor me had zullen afleveren).
Ik mail iemand dat ik me nu heel onzeker voel in de auto. “Wat raar dat niemand kan vinden wat ’t is, je zou van een garage toch méér verwachten” mailt die terug.
Ik krijg het gevoel dat het mijn eigen stomme schuld is. Dat ik niet de juiste vragen stel, niet genoeg aandring, niet voldoende ‘aanstuur’.
Deze dag is niet leuk. Ik hoef ‘m niet. Laat de volgende beginnen.
Met Hillary die Obama keihard verslaat.
Hippo zegt
Vreemd verhaal. Dan gun je die WW-meneer bijna dat ie vast zat 😉