Floria Tosca poetst Mario Cavaradossi op
Even bellen
Bij de supermarkt kom ik een vrouw tegen met wie ik vaker een praatje maak.
Dus ook nu.
Ze is iets ouder dan ik en heeft haar vaccinatie al gehad.
Ik ben jaloers.
Ze vertelt over haar zuster die maar een paar jaar ouder is dan ik.
Die heeft de GGD gebeld en kon zo een afspraak maken voor een prik.
Ze raadt me aan dat ook te doen.
Maar dat valt onder ‘opkomen voor mezelf’ wat ik niet vaak doe.
Dit itt ‘opkomen voor mijn dieren’.
Verschil moet er zijn.
Tuin
Vroeger, nog niet eens zo lang geleden, genoot ik van mijn tuin en mn van het fotograferen in mijn tuin.
Dat wordt steeds minder.
Steeds minder het ‘wat leuk, een nieuwe knop/scheut’.
En wel de camera om mijn nek maar telkens weer binnen komen zonder een enkele foto te hebben gemaakt.
Net nog eens een poging gewaagd.
Dit vond ik wel leuk: de plantenbak tegen de schuur.
Waarin ik wel eens viooltjes had staan.
En ook wel eens tuinkruiden.
Maar de laatste jaren eigenlijk niks.
‘Niks’ doet het goed in die bak.
Maar kijk eens daar rechts.
Volgens mij is dat een echte plant.
Niet een sierplant.
Maar op z’n minst mooi onkruid.
Vind ik dan.
(niet) Friendly
In Amerika kocht ik ooit op een yard sale een t-shirt met de tekst ‘Doesn’t play well with others’.
Een tekst die mij zeer aansprak maar waarvan ik merkte dat *hier* niet iedereen hem begreep.
Op Facebook volg ik o.a. een asiel in Texas.
Het vangt vooral honden op en veel ervan zijn love bugs en sommige zijn actief en sommige willen het liefst op de bank tv hangen.
Er zijn er die dolgraag spelen met andere honden en er zijn er die zelfs goed zijn met katten.
Er zijn er ook die not dog friendly en not cat friendly en ook nog eens not kid friendly zijn.
Zo’n hond noemen ze: a unicorn.
Wat stukken leuker klinkt dan ‘aso zonderling’.
DigiB
Ik heb al lang een PC en maakte me indertijd snel de voor mij meest essentiële programma’s eigen.
Daar liet ik het bij.
‘Zomaar’ ermee spelen en dingetjes proberen te ontdekken – dat trok me niet.
Ik had het ook niet nodig.
Ook met de smartphone deed ik niet meer dan geld overmaken.
Daartoe zette ik een beperkt bedrag op de phone.
Dat was dan telkens heel snel op.
Ik vermóed omdat wanneer ik de phone aanzet er meteen van alles in werking gaat dat ik helemaal niet wil.
Ok, dacht ik: laat ik KPN (daarop draait de phone) eens een sms sturen om mijn saldo op te vragen.
Sms sturen… hoe moet dat ook weer?!
Toevallig stuurt de Consumentenbond me op dat moment een brief over het boek ‘Smartphone Supertips’.
Gekocht.
Net op mijn bureau gelegd mét de smartphone (een android – dit voor de kenner).
Ping! zegt hij. En: Ping!
Het zijn meldingen via Facebook.
Note to self: snel leren hoe ik dát kan uitzetten want zelfs deze digibeet snapt dat zoiets saldo slurpt.
Gestemd
Burgerplicht gedaan en gestemd.
Gaf geen speciaal gevoel.
Nu afwachten.
De bus
Vandaag ging ik naar de borstenbus.
Ik dacht eerst: ik doe het niet.
Maar zodra ik dat eigenlijk had ‘besloten’ kreeg ik pijnsteekjes in beide borsten.
Waarschijnlijk hartstikke ‘psychisch’.
Omdat iets in mijn hoofd dacht: niet verstandig.
Vandaag ging ik dus.
Naar de borstenbus in Purmerend.
In de brief stond dat ik op tijd moest zijn.
Dus was ik tien minuten te vroeg.
Dús moest ik buiten wachten.
(het was koud)
Ik wou de brief waarop ik mijn gegevens had ingevuld overhandigen maar dat mocht niet (corona!). Ik moest hem tegen het raam houden.
Idem legitimatiebewijs.
in het ontkleedhokje zong Robbie Williams ‘Angels’ – dat was wel leuk.
De rest was kut en ik kwam er doodmoe vandaan.
Nu al denkend: had ik het wel moeten doen.
Lodewijk 23 jaar dood
Dit was in het najaar van 1996.
We ‘dreven de Green River af’ (als dat Nederlands is).
We werden ergens te water gelaten en een week later zouden we ergens verderop worden opgepikt.
Soms legden we ergens aan en iemand anders was daar ook (hopelijk niet voor lang).
Deze man nam een foto van ons (dankjewel!!).
Onze bedoeling was om dit nog vele jaren te blijven doen.
Een jaar later vlogen we weer naar Utah maar al tijdens de vlucht kreeg Lodewijk last van zijn benen.
We arriveerden in een rolstoel (hij) en hij werd een week+ opgenomen in een ziekenhuis in een dorp en toen was er een vlucht terug geregeld en toen ging de medische magische op volle toeren en een half jaar later (op 7 maart 1998) was hij dood.
De Rijp
Algoritme
Facebook laat me elke dag een hoop advertenties zien.
Een ervan is deze, voor een schoudertas.
Ik klik erop.
Hij blijkt beschikbaar in vele kleuren maar blijkbaar had FB al begrepen dat ik zou happen op paars.
Ik kijk hoe lang het duurt voordat ik de tas in handen zou hebben.
Ah! hij wordt ‘direct door de leverancier’ verzonden = komt uit China dus reken er de eerste twee-drie maanden maar niet op.
Daarom: weg ermee.
FB is niet voor 1 gat te vangen.
Het toont me een vergelijkbare tas, nu verkocht door Bonprix (= een goedkopere Zalando waar ik wel vaker koop, wat FB blijkbaar ook al weet).
Ik vind de tas best leuk.
Ik zet hem zelfs op mijn ‘verlanglijstje’.
Dan bedenk ik dat ik in Amerika in thrift stores vaak tassen-met-vakjes koop en kijk in mijn voorraad.
Er is er 1 die ‘wel gaat’.
Ik houd hem in gedachten.
Intussen gaat FB door met het tonen van beide advertenties.
En zelfs als ik niets koop: ze hebben succes.
Zónder die advertenties had ik mijn eigen voorraad niet bekeken.
En was ik er niet serieus over gaan denken.
Mijn huidige tas is trouwens écht toe aan vervanging (afgebroken ritsjes, dat soort dingen).
Ik ga maar niet denken dat FB dat ook wéét.
Het is meer een gevalletje ‘niet geschoten etc’.
Hoop ik.
Schaapjes
Ik slaap slecht, de laatste tijd.
Ik hád een oplossing.
Ik visualiseerde dat ik landde op het vliegveld van Zürich en dat ik naar de trein liep.
Kort ritje met die trein.
Aankomst op het station waar vandaan ik kon lopen naar mijn hotel.
Jarenlang liep ik erheen, pas de laatste paar keer ontdekte ik het supermarktje in de kelder van het treinstation.
Ideaal voor de snacks voor de opera en een paar hapjes erná en ook nog een broodje voor het ontbijt.
Lekkere kazen.
Lekkere worsten.
Salades, fruit.
Mandje volladen, afrekenen met een credit card en dus niet die moeilijke Zwitserse franken.
Dan trap op, naar boven naar buiten, trambaan oversteken etc etc etc.
Een aantal keren werkte dit ritueel als ware het schapen tellen.
Fijne gedachten, fijne herinneringen, suwa suwa Jeanneke.
De afgelopen keren werkte het al ‘minder’ en gisteren deed het helemaal NIETS.
Ik weet hoe het komt.
De magie van de opera mini trips – die is er niet meer.
Das war einmal.
Maar nu niet meer.
Niet in het echt, niet in mijn poging tot dromen.
(Nog geen) lente
In Vroege Vogels hoor ik over de eerste tjiftjaf, allerlei vlinders, lieveheersbeestjes.
Iemand die hier niet ver vandaan woont plaatst een foto van grutto’s op Facebook.
Hier een enkel knopje.
Een paar crocussen.
Veel sneeuwklokjes.
Dat wel.
Ik wéét dat het lente is.
Omdat anderen daarover vertellen.
Ik wil óók grutto-grutto horen!
En tepiet-tepiet.
En hommels zien.
En vlinders.
Opkomende hop!
(soms voel ik me rupsje nooitgenoeg)
Via Facebook
Gezang
Misschien heb ik niet goed opgelet, maar ik heb de indruk dat de vogels van de ene dag op de andere weer zijn gaan zingen.
Ook zag ik een mannetjesmus een strootje in de snavel nemen voor het nest (neem ik aan) maar dat zag Loki ook en die wou met een snoekduik mannetjesmus naar de mussenhemel sturen.
Niet goed! wanneer ik Loki probeer te kammen (wat hij haat) of op een onbewaakt moment een klit uit zijn vacht knip, stop ik de oogst in een plastic zakje en zeg tegen hem dat we met elk plastic zakje sparen voor 1 jonge mus.
Het is niet echt en Loki begrijpt het ook niet maar ik praat mezelf aan dat dat prettiger klinkt dan ‘bestwil’.
De afgelopen dagen loop ik door de tuin in de hoop op jonge planten.
Ik zie er een paar maar de foto’s die ik ervan maak zijn niet geweldig.
Volhouden dus maar.
En proberen enthousiast te worden om een prille zachtgroene onduidelijke plantenscheut.
De vinkenslag! daar werd ik vandaag wél enthousiast over.
Lang zal ik die niet horen. De vink verkast in maart naar zijn broedgebied (bossen).
Daarom: schoudertjes eronder merel en heggenmus!
Dan komen we samen uit de dip.
Zoek
Ik ben een fanatieke puzzelaar.
Het leidt me af en geeft me rust en het gevoel dat alle stukjes letterlijk op hun plaats vallen.
Maar dan moeten ze er wel *zijn*.
Je hebt puzzels met raadselachtige stukjes in vreemde vormen.
Daarbij lijkt het soms of een stukje ontbreekt.
Dat blijkt dan niet zo te zijn.
Het is er wel maar heeft een vorm die je niet had verwacht.
Gisteren en eergisteren werk ik aan een nieuwe puzzel die me goed bevalt.
Maar een stukje ontbreekt.
Wanneer ik vannacht niet kan slapen, ga ik erover malen.
Ik blijf dat gaatje zien waar het ontbrekende stukje in moet.
Ik sta op en doorzoek het zakje waar de puzzel uit kwam: het ik het stukje misschien laten zitten?
Nee.
Is het dan beland in een van mijn sorteerbakjes?
Ook niet.
Het is echt wég.
Wat ik vaker lees bij andere reviewers.
Dan denk ik altijd: zeker zelf zoek gemaakt.
Ten onrechte, weet ik nu.
Ik kijk hoe amazon staat tegenover retourneren.
Dat mag – zolang het artikel nog in de verpakking zit.
Twintig piek weggegooid dus.
Maar erger: geen rust gevonden.
Mot
Ik ben niet zo uitgesproken (ik vind wel een hoop maar houd meestal wijselijk mijn mond).
Toch ben ik er nu in geslaagd om mot te krijgen over corona.
Iemand die ik vagelijk ken pakt op Facebook breed uit over dat ze er nu genoeg van heeft, al dat gedoe, al die regels en wat kan het nou voor kwaad, een avondwandeling.
Ze wás braaf, maar ze gaat het nu toch doen.
Ik reageer dat het idd vervelend is maar laten we nog even volhouden.
Dat had ik beter niet kunnen zeggen.
Want het kan nog wel een jaar duren (niet ‘even’) en zij voelt ‘een diepgevoelde behoefte’.
Dit itt ik natuurlijk, ik zit me te verkneukelen telkens wanneer er weer een Amerikareis wordt afgezegd en nu mijn opera mini trips ook tot het verleden zijn gaan behoren.
Ik schrijf nog 1x iets, iets redelijks denk ik.
Wat zij vast niet zo zal opvatten.
Ik schrik ook van de reacties onder haar stukje die op de mijne na allemaal ‘nou en óf!’ zijn.
Niet meer doen, dus.
Met wappies in discussie gaan.
Heb ik jarenlang Trumpers weten te vermijden, krijg ik nu hierover mot.
Ojo Caliente, NM
Bamboe
Ik hoorde het gisteren al op de radio:
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) adviseert om serviesgoed dat is gemaakt van bamboe met melaminekunststof, zoals koffiebekers en kommen, niet meer te gebruiken. Uit onderzoek blijkt dat het servies stoffen afgeeft die schadelijk zijn voor de gezondheid.
Vandaag een mail van De Bijenkorf.
Volgens onze gegevens hebt u in het afgelopen jaar melamine serviesgoed met bamboe- en/of maisvezels bij ons gekocht (bestelling 28324255 op 22-11-2020). De Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) adviseert dit serviesgoed niet (meer) te gebruiken, omdat het mogelijk schadelijk is voor de gezondheid.
Wat nu?
Terugsturen en dan geld terug?
Of ‘gewoon’ geld terug?
Omdat ZIJ immers gevaarlijk spul hebben verkocht?
Nee.
Na het stoppen van het gebruik van dit serviesgoed is het gezondheidsrisico ook direct verdwenen. Het is onwaarschijnlijk dat later alsnog klachten optreden.
Uiteraard hebben wij alle melamine kunststof serviesgoed met bamboe- en/of maisvezels direct uit ons assortiment genomen.
Ze hebben het uit de handel gehaald en ik moet het niet meer gebruiken.
In de kliko ermee.
Dag met je handje tegen het serviesgoed en dag met je handje tegen het geld.
`Al je geld terug’ was ook te mooi om waar te zijn geweest.
Een voucher misschien?
Of een korting op een ev. volgende aanschaf?
Was wel sjieker geweest.
Via Facebook
Roffel!
Ik heb wel eens een specht in mijn tuin.
Of misschien heb ik die vaker dan ‘wel eens’ maar let ik niet goed genoeg op.
Net sta ik in de achtertuin om de konijnen daar te voorzien van vers voer en vers water.
Ik hoor de roffel van de specht.
In een boom dichtbij.
En dan nóg een, in een boom iets verderop.
Google.
Het blijkt de grote bonte specht te zijn (die kleiner is dan een merel, dus dat ‘grote’ is relatief).
Die roffelt inderdaad en dat is dan om terrein af te bakenen en om duidelijk te maken dat hij/zij wil paren.
Vandaar het geflirt over en weer.
Waarmee, lees ik, altijd aan het eind van de winter wordt begonnen.
Wel gezien, niet gefotografeerd.
Had mijn handen vol aan het konijnenvoer.