Na acht dagen ‘beneden’ eng vinden besloot Loki aan het eind van de middag opeens dat ‘beneden’ interessant was.
Hij verkende de kamer terwijl ik schaatsen keek.
Hij lag onder een stoel.
Hij overwoog vanaf die stoel of anders vanaf zijn toren bovenop de kast (die vol staat met prullaria) te springen.
Tenslotte viel hij knedend en spinnend in slaap in zijn eigen mandje dat ik nét vanmiddag op de slaapkamer had gezet omdat hij toen nog helemaal niet beneden durfde te zijn.
Héél even naar buiten kijken (en dan weer maffen)
Via Facebook
Very Important Cat JobsArtist: Tess & Lion
Geplaatst door David Wolfe op donderdag 11 februari 2016
Loki na 1 week
Loki is nu een week hier.
Het bevalt hem wel, geloof ik.
Hij heeft me geleerd dat hij *niet* zoals L. zei ’s ochtends droge brokjes eet.
Wanneer ik die serveer kijkt hij me aan of ik gek ben.
Eigen schuld (de mijne).
Want op zijn eerste ochtend hier vond ik hem nog zó zielig, dat ik nat voer gaf.
“Dat houden we erin” moet hij hebben gedacht.
Niet dat hij geen droge brokjes lúst.
Ook al omdat hij de eerste nacht onder het bed lag zette ik in de badkamer een bakje water (stond er ook altijd voor de eerdere katten) én een bakje droge brokjes.
Nu hoor ik hem daar af en toe ’s nachts van snacken – als ik het maar niet ‘zie’.
Buiten vóór het huis vindt Loki eng.
Grote auto’s, hard pratende mensen – dan rent hij naar boven.
Soms ligt hij dan weer onder het bed.
Maar niet lang.
Interessant vindt hij buiten áchter het huis mn wanneer ik de buitendieren ga voeren.
Dan zit hij van achter het slaapkamerraam naar me te kijken.
Ik hoop dat wanneer Loki naar buiten mag (begin maart), hij *niet* mijn buitendieren als prooi ziet.
Want ik wil hem graag houden.
Op zoek
Onze eerste selfie samen (Loki is mooier alléén)
Spullen die mijn nieuwe huisgenoot meebracht (en waar hij niet eens meer naar kijkt)
Progressie
Wanneer ik gisteravond de slaapkamer binnenstap ligt Loki al op bed.
Hij kijkt me aan met een blik van ‘ben je daar eindelijk?!’ en ontpopt zich de hele nacht als een bedkat die regelmatig even komt knuffelen en spinnen.
Vanochtend zoekt hij de perfecte plek op of bij mijn bureau.
Het liefst wil hij ongestoord (half-)slapen en het maakt hem onrustig dat ik steeds weg loop om iets onduidelijks te doen zoals koffie halen.
Na anderhalf uur in zijn ogen ongedurig gedrag door *mij* kruipt hij weer onder het bed.
Ik laat hem maar even.
Loki est arrivé
Gisteren tussen de middag is Loki gebracht met zijn krabtoren en zijn mand en zijn speeltjes.
Loki vond het huis erg interessant tót Lyda weg ging – toen raakte hij in de stress en wou ontsnappen.
Later trok hij ietsje bij en kon ik af en toe met hem knuffelen.
Vannacht verborg hij zich onder het bed en wou daar niet meer onder vandaan.
Dús hem verleid met lekkere hapjes en eerst deed hij alleen zijn kopje onder het bed uit maar toen kwam het hele lijf.
En sprong hij op bed.
Nu zit hij nog af en toe onder het bed maar wanneer ik de slaapkamer in kom en zachtjes tegen hem praat komt hij er onderuit en dan is het weer even troetelen en daarna inspecteert hij de bovenverdieping.
Loki
Dit is Loki.
Hij is nu nog de kat van Lyda die ik af en toe even voer gaf.
Loki kan niet overweg met hond Tashi.
Lyda vroeg of ik hem kon overnemen.
Ik aarzelde omdat Loki zo groot is.
Daarom vond ik hem een beetje eng.
Vanochtend hebben we (Loki en ik) de kwestie besproken.
Eerst terwijl hij naast me zat, zachtjes spinnend.
Toen terwijl hij op schoot lag.
Nog steeds zachtjes spinnend.
Hij wil het, denk ik, wel met me proberen.
Alleen vindt hij mijn schoot wat aan de magere kant.
Rondje afronden
Ik rijd naar het dierencrematorium om de as van Sammie op te halen.
En de verklaring dat hij is gecremeerd.
Plus een kaartje waarop ook een pootafdruk staat.
Ik ken het protocol en luister half en zie dan op het blikje SammY staan.
Klopt niet, zeg ik.
Het is SammIE.
De man laat me het briefje van de dierenarts zien.
Daar staat óók SammY op. Onbegrijpelijk.
“Het is echt SammIE,” zeg ik.
“Want hij is genoemd naar dat liedje van Ramses Shaffy.”
Wat nu.
Wil ik een nieuw verklaring? en een nieuw kaartje?
Dat laatste kan helemaal niet, denk ik, want het pootje kan niet nóg een keer worden ‘afgedrukt’.
Tenzij dat stiekem een gewoon stempel is, maar daar ga ik maar niet van uit want dan vallen alle zekerheden weg.
Ik zeg dat volstaat als de naam op het blikje klopt.
Dus pulkt de man het plakkertje van het blikje en print een nieuwe naam uit en nu is alles goed.
Alleen nog even pinnen.
Dan naar de dierenarts waar ze op het punt stonden mijn rekening naar het incassobureau te sturen hoewel ik echt had gezegd dat ik deze week zou komen afrekenen en het mandje ophalen.
Aan de assistente gevraagd of blaasgruis bij een kat erg is.
Omdat iemand van het asiel zegt dat dat niet zo is en ze hebben een lieve poes zitten die geschikt voor me zou zijn.
Terwijl we het erover hebben voel ik weer tranen prikken en denk ik: volgens mij ben ik nog niet toe aan een nieuwe kat.
Hoekje
Goede bedoelingen
Zaterdag staat er opeens een voicemail op mijn Nokia.
Het dierencrematorium. Ze hebben vragen. Of ik wil terugbellen.
Dat doe ik en dan blijkt de vrouw de papieren niet mee te hebben genomen naar huis.
Vandaag nog eens geprobeerd.
Ze wil weten hoe oud Sammie was en de geboortedatum en de sterfdatum.
(raar – dat weet de dierenarts toch?)
En oppert dan dat het de gevorderde leeftijd was die hem heeft genekt.
Nee: tumor.
Ach jee.
Of ik weet hoe duur het is?
Nee, maar meer dan honderd Euro.
Waarna ze me voorrekent en alles op een zalvende invoelende toon.
Wat goed bedoeld is maar ik houd het met iemand die ik niet ken liever zakelijk.
Dus vertel ik maar zelf dat ik de as in een blikje wil en dan wordt het even ingewikkeld over of zij het blikje naar de dierenarts zullen brengen wat wel kán maar pas eind van de week en ik wil liever komen halen en zal dat woensdag doen.
Zij nog een keer ‘gecondoleerd’ en ik bedank haar en denk ‘hou nou maar op’.
En nu dit woensdag nog een keer.
Hopelijk heb ik dan het lef te zeggen: ik weet dat het goed bedoeld is maar zullen we het nu even zakelijk houden?
Allemansvriend
Ik heb een nieuwe website ontdekt: Verhuisdieren.
Daar zetten mensen hun huisdier(en) op als ze die kwijt willen en dan kunnen ze van huis naar huis gaan ipv een tijd in een kooi in een asiel te zitten wat leidt tot meer stress.
Katten worden weggedaan omdat ze niet klikken met
– de hond
– de baby
– een andere kat
en wegens
– geen tijd voor
– echtscheiding
– gebrek aan ruimte
En nog wat redenen die mogelijk niet worden genoemd.
Maar waar het mij om gaat: je kunt als ‘zoeker’ filters instellen.
Van geslacht van de kat en leeftijd tot ‘aanhankelijk’ en ‘jachtpassie’en ‘allemansvriend ja/nee’.
En eigenlijk wil ik helemaal geen allemansvriend maar gezien mijn leefpatroon wil ik die nu wél.
Zodat hij/zij als ik op mini trip ben enthousiast L. begroet wanneer die komt voederen.
En blij bij R. op schoot springt tijdens oppas omdat ik in Amerika ben.
De ware opvolger(s) van Sammie heb ik op die website nog niet gezien.
Kan ook nog even duren.
Wasmachine
Twijfel
Het ene moment denk ik: ik wil nog geen andere kat.
Een paar uur later struin ik alweer op internet de asiels langs en aarzel ik over een drietal: twee bang, een sociaal, en door die sociale worden de bange ook socialer.
Ietsje. Maar mogelijk tzt méér.
Drie.
Dat vind ik een goed idee.
Ik hád er ook jarenlang drie: Eebje, Guus en Sammie.
Waarom die haast?
Omdat ik zoveel trips heb gepland.
En uitgerekend deze periode is betrekkelijk triploos.
Eén eind februari, één tweede helft maart, dan eind april naar Amerika.
En wanneer ik terug kom beginnen de opera festivals en ben ik regelmatig 2x per maand weg en dan weer de hele maand augustus.
April is te laat – dan zijn de katten amper aan mij gewend of ze krijgen R. drieëneenhalve week als oppas.
Begin maart zou misschien nog kunnen.
Maar *nu* of in elk geval *snel* is voor het wennen beter.
Dan leren ze meteen dat ik soms weg ben maar dat L. dan eten geeft.
En dat R. soms langer op ze past.
Het beste zouden kittens zijn.
Die wennen makkelijker én zijn makkelijker om verliefd op te worden.
Maar er zijn nu geen kittens tenzij misschien bij een fokker maar die wil ik niet.
Vandaag denk ik nog eens na over die drie.
Ik stel me voor dat twee de hele dag onder de bank of het bed of ergens anders verstopt zitten en woest naar me blazen als ik ze naar hun idee te na kom.
Ik heb er geen geduld voor.
(= conclusie na twee dagen)
Herinneringen
Goede bedoelers zeggen: je hebt mooie herinneringen, dat is toch fijn.
En misschien hebben ze feitelijk gelijk maar mijn gevoel koopt niks voor ‘herinneringen’.
Mijn gevoel mist de kleine man die elke ochtend voor me uit de trap af holde, die na het ontbijt op schoot lag terwijl ik de mail en Facebook doornam, die daarna een doosje koos en dan om elf uur weer de trap af in afwachting van een lekkere snack.
Tijdens mijn (mislukkende) middag power nap zo vaak tegen me aan kroop en aaien wou en geluidjes maakte dat ik het al snel voor gezien hield en dan bij mijn zes uur doodsmoe-e nap óf tegen me aan en wél slapen of me na twintig minuten wakker maken want: eten.
En ’s nachts in mijn armen en later in de nacht wanneer ik op mijn buik lag tussen mijn benen.
Mooie herinneringen?
Ja, dat ook.
Maar vooral een onbeschrijflijk zwaar gemis.
Bloed
De laatste maand moest Sammie soms erg niezen.
Soms spatte daarbij het bloed in het rond.
Op 1 van de kussenslopen zitten nog spetters.
Het was om die reden woensdag omgekeerd.
Gisteren legde ik het weer ‘goed’- omdat ik Sammie’s spetters koester.
Ze zitten ook op het dekbedovertrek.
De doosjes op en achter mijn bureau heb ik intussen opgeruimd.
De ergste haren en stofnesten er verwijderd ook.
Resten de bloedspetters achter de monitor.
Die laat ik nog even zitten.
En nu
Twee mensen zeggen tegen me: snel een nieuwe kat nemen (als je denkt dat je eraan toe bent).
En ik denk eerst: nee.
En dan ben ik al aan het googlen.
Eerst de asiels.
Zoekend naar twee vriendelijke katten (want wanneer ik beschrijvingen lees over doodsbange katten waarmee je láng geduld moet hebben of katten van 10+ besef ik: dat trek ik niet).
En het lijkt alsof dat alles is wat ze in die asiels hebben of een enkele voor mensen vriendelijke kat die andere katten haat.
Terwijl ik er juist ivm mijn mini trips twee wil.
Marktplaats geprobeerd.
Daar twee leuke katten gezien, moeder en dochter.
Vier en vijf jaar.
Moeten weg omdat ze bang zijn van de hond.
Willen graag een tuin.
Over nagedacht, nog eens bekeken, nog eens gelezen en om half negen een mail gestuurd.
Met beschrijving van wat ik te bieden heb. En de vraag: overleven ze het als ik af en toe een minitripje maak.
Waarna ik elk kwartier kijk of er antwoord is.
Om vanochtend wakker te worden met het gevoel: ik *wil* helemaal geen andere kat, ik wil Sammie.
Ik heb mail.
Om 23.55 uur verzonden:
“Hoi,
Als je mijn me jou telefoonnummer wilt sturen bel ik u even op.”
Geen goed idee bij iemand zoals ik met telefoonangst die niet voor niets een geheim nummer heeft.
En die ook nog eens secundair pleegt te reageren zodat ze zich makkelijk laat omlullen door een assertiever type.
Met later bittere spijt.
Maar het belangrijkste: ik ben er nog niet aan toe.