‘Grote prooi’ doet Guus beneden en op het kleed ligt een mini-muisje. Te snoezig voor woorden.
De echte liefhebster moet even klikken op de foto.
Ik maak een foto en zie nu aan de helderheid van de oogjes dat dit een levend muisje is.
Dit beseft het muisje zelf óók zodat het een sprint trekt naar onder de kast waar zéér veel dozen (een deel: tijdelijk, maar daar hebben we nu niets aan) voor staan.
Goh. Denkt Guus. Die even kijkt in de richting waarin het muisje verdween en dan loopt naar de koelkast waar volgens hem (verwachtingsvolle blik naar mij) het échte voedsel uit moet komen.
Ik vrees dat we een nieuwe huisgenoot hebben.
Die misschien vriendjes kan worden met die ándere door Guus gevangen en weer vrijgelaten muizen die intussen in 1 van de keukenkastjes zijn getrokken.
Een keukenkastje waar al het voedsel wordt opgeborgen in plastic tonnen.
Maar aan de keutels te zien mag dat de pret niet drukken.