Hij moet een reden hebben gehad, dacht hoopte ik.
Misschien was ik in mijn REM-slaap en vond hij het eng dat mijn ogen bewogen.
Of Eebje lag tegen mijn hoofd extreem hard te spinnen. Zodat hij jaloers werd. Zoiets.
Vannacht om vijf voor vier lig ik in halfslaap. Meer wakker dan slaap eigenlijk.
Ik lig doodstil. Ik droom niet. Eebje spint wel maar héél zacht.
Uit het niks geeft Sammie me een harde klap op mijn hoofd. Pets! Met nageltjes.
Alleen raakt hij dit keer mijn voorhoofd net bij de haarlijn.
“Hé!” roep ik en Sammie springt van het bed.
Om nog geen halve minuut later weer terug te springen en mijn knie aan te vallen.
Ik trap naar hem – hij weer weg.
Waarna ik niet meer durf te slapen, om zes uur maar opsta, me een uurtje laat afleiden door het Radio 1 Journaal.
Dadelijk moet ik nog een artikel schrijven.
En de tandarts afbellen waar ik woensdag een afspraak heb.