Cecilia en ik gingen naar de dierenarts.
We wilden de hechteningen eruit laten halen van de operatie van twee weken geleden.
Ik moest Cecilia stevig op de tafel drukken. De dierenarts sneed met een scherp mesje de hechtingen eruit.
Cieltje verzette zich hevig maar volgens de dierenarts was dat omdat het kriebelde.
Cieltje liet van angst haar plas lopen.
En toen bleek dat op 1 punt de wond open was.
Bloed. Wond. Open.
Wat nu.
‘Een krammetje’.
Dierenarts loopt weg, ik blijf arm Cieltje op de tafel drukken.
Dierenarts komt terug met een grote nietmachine en zet zomaar een nietje in mijn lieve, angstige caaf.
Zonder verdoving. Zomaar. Au!
En alsof dat niet genoeg is: nu moet ze weer binnen zitten en over een week moeten we terug om dit keer het krammetje te laten verwijderen.
Zodat Cieltje weer op tafel zit in een kooi.
En eerst was ze moe en lamlendig (geef haar eens ongelijk) maar nu wil ze graag eten.
Zodat ik weer een week lekkere hapjes mag bedenken en verstrekken.