Ik weet niet of het de wet is van Murphy of een andere maar hij daalt desastreus op me neer.
Het begint ermee dat ik tien over acht (na inkomtelefoontje van een call center) opeens niet meer online op de computer kan. Wanneer ik hierover wil bellen ontdek ik dat ik ook niet meer uit kan bellen.
Mobieltje dan. Xs4all is dicht, maar de monteur is open tot 22 uur.
Vriendelijk meisje maakt notitie. Alleen: ze is wel open aan de telefoon maar verder niet, ze kan het pas maandag doorgeven.
Ik bel R. om te klagen. En zeg na een paar minuten: hoorde jij die piep? Is het jouw telefoon of de mijne? De mijne, zegt hij: opladen. Ik laad op. Ik wacht drie kwartier, ik wil dan R. bellen om die te vragen Hansje te bellen maar dan zegt telefoon dat ik nog maar 3 Euro beltegoed heb. Lijkt mij zat voor dit telefoontje maar als ik een nummer draai zegt-ie dat ik niet kan bellen omdat ik geen beltegoed heb.
Wil ik opwaarderen? Ja! dan moet ik nu mijn banknummer geven (doe ik!) en dan krijg ik over vier dagen per post informatie.
Gotver!!!
Ik ben wanhopig, ik weet het echt niet meer en dan denk ik: L.
Van Tashi.
Ik klop nooit zomaar bij haar aan. Als ik hulp nodig heb bel ik eerst. Maar dat kan niet.
Dus trek ik warme jas aan en ga naar haar huis. Tekst voorbereid: mag ik drie minuten R. bellen zodat ik hem kan doorgeven dat hij Hansje moet bellen dat ik Fanlog niet kan doen.
Ik bel aan de schuurdeur: niks.
Ik loop achterom en de lamp gaat buiten aan en binnen aan (luxe!) maar Tashi gaat niet aan en ik sta er nog vijf minuten te kleumen maar eigenlijk weet ik het dan al: ze is niet thuis.
Nog vijf minuten wachten op straat – misschien zijn ze aan het uitlaten.
Niks.
Terug naar huis.
Nog een keer en nog een keer alles proberen.
Oude multikabel-modem aangesloten (wordt niet herkend).
Ik voel me klote en hartstikke alleen.