Ik mag Tashi even naar buiten laten.
Dat vind ik leuk en gelukkig vindt Tashi het ook leuk.
(helaas blijkt de batterij in mijn camera leeg)
Tashi wil over haar buikje gewreven en over haar kopje en dan doet ze heel even (genietend?) de mooie ogen dicht.
Spelen wil ze dit keer ook.
Dus moet ik hangen aan iets touwachtigs dat zij stevig tussen de kaken klemt.
Tashi wint (en nu doen mijn armen pijn omdat ik me natuurlijk niet kinderachtig wilde gedragen en stevig terug-trok).
Na een kwartier denk ik: genoeg gespeeld en genoeg geaaid en ga ik even zitten op 1 van de tuinstoelen.
Zodat Tashi op schoot wil en ik haar moet uitleggen dat ze geen kleine pup meer is maar een volwassen vrouw en dat dit echt niet meer kan.
Weer vijf minuten later wil ik naar huis.
‘Kom’ zeg ik tegen Tashi die de pootjes ferm in het grasveld plaatst.
Ik loop het halletje in en roep nog eens.
Niks. Ik loop op het hondje af dat doet of het denkt dat ik weer wil spelen.
Vlak voor de deur sjor ik aan haar halsband en zeg iets als ’toe nou liefje’.
Zinloos.
Pas wanneer ik streng klink en zeg dat Tashi nú naar binnen moet, doet ze dat ook.
Wat is het toch een lief hondje dat het niet hard ging blaffen toen ik de sleutel omdraaide en wegliep.