Vanochtend vroeg zat het bericht in de nieuwsblokjes.
De ooit rechtbankpresident van de Amsterdamse rechtbank Ben Asscher is dood.
Ach got, dacht ik. Wat eigenlijk nergens op sloeg want de man is 84 geworden en das best oud.
Rob Trip gaat vast iemand over hem bellen, dacht ik.
Een huidige rechtbankpresident. Of een collega van toen (maar iets jonger). Of een wetenschapper.
Maar Rob Trip belde niemand en Jeroen de Jager (invalpresentator tussen de middag) ook niet en Govert van Brakel evenmin.
Gaande de dag verdween het berichtje ook al rap uit het nieuws.
Raar hoor. Er hoeft maar een obscure schrijver of filmster of zanger (tijdje terug: een van de Spelbrekers) het loodje te leggen of er wordt driftig met collega’s van de betreurde overledene gebeld.
Niet over Ben Asscher.
Die ik heb gekend als een ijdele, niet erg aardige maar wel bijzondere man.
Slim. Een icoon in zijn (deels mijn) tijd.
Maar ja – geen ‘kleine-kokette-Katinka’ Spelbreker.
Asscher, ja, een icoon.