Met een aantal anderen doe ik een spel in de buurt in Amsterdam waar ik gewoond heb: bij het Staringplein. Aan het eind van het spel mogen we allemaal iets uitzoeken. Iedereen graait gretig in mooie dingen. Ik blijf over met twee kandelaars.
Ik wandel naar mijn huis in de Wilhelminastraat maar daar blijkt iemand anders in te wonen. Ik moet een nieuw huis zoeken. Eerst maar eens langs een makelaar. Maar mijn fiets is gestolen.
Op een straat zie ik helemaal plat Guus en Eebje liggen. Dood! denk ik. En: er komt een vrachtwagen heel hard aanrijden, dadelijk zijn ze alleen nog maar verpulverde rondgespatte ingewanden. Ik til ze op, en ze blijken alleen maar te slapen (op de snelweg! wat stom!).
Ik loop door een soort bazaar en koop daar een nieuwe fiets. Wanneer ik bezig ben met afrekenen komen Guus en Sammie binnengerend – die zijn me gevolgd.
Geef een reactie