Ik heb iemand geïnterviewd en dat stuk moet als voorwoord dienen in het boek van een ooit-vriendin van me (in de droom was ze dat nog, in het echt al tien jaar niet meer, laten we haar E. noemen).
Wanneer het boek *bijna* uitkomt zie ik hoe beroerd de tekst op de achterkant is. Wartaal. Taalfouten.
Ik blader er doorheen, o got, een ramp! Daarmee wil ik niet verbonden worden.
Alles moet herschreven.
Ik probeer E. te overtuigen en de uitgever. Het lukt allemaal niet.
Ik wind me er steeds meer over op.
(interessant: ik wil de rest veranderen, overweeg niet mijn eigen bijdrage terug te trekken)
Dan word ik wakker: buiten rammelt een bord.
Niet zomaar een bord, het bord met de spaghetti met rivierkreeftjes.
Ik kijk uit het raam: egel. Midden in dat bord. Rammel, rammel.
Het is vier uur.
Geef een reactie