Elektra. De opera.
En ik zag ´r eerder en ik houd van Strauss en van heftige emotie en van opzwepende muziek en krijsende vrouwen en drama en wraak en dood.
(ook van liefde trouwens, maar een operaliefhebster kan niet altijd alles hebben)
De voorstelling was mooi. Denk ik.
Alleen deze kijkster niet. Niet mooi kwa uiterlijk (mijn got wat een spook keek terug uit de spiegel van de wc in de stopera) maar ook niet kwa opengestelde ziel.
Zodat mn het begin (weeklagende en met de Maagden tergende Elektra) langs me heen ging.
Opveren deed ik bij Klytaemnestra en haar bekentenis over de gruwelijke dromen die haar het slapen bijna onmogelijk maakten. Herkenning. Begrip. Zo veel dat ik het feit dat ze haar man had vermoord vanwege een minnaar graag door de vingers zag.
Elektra deed dat niet dus Klytaemnestra werd vermoord door de plots opgedoken verloren zoon Orestes (die me niet helemaal fris leek – had teveel lol in het killen).
En toen stortte Elektra zich nog zelf in zijn mes.
Meer heeft een alfa die van Strauss houdt niet nodig voor een avondje pret.
Zodat ik wegging met de gedachte: nog een keer gaan kijken als ik echt wakker ben en er m´n kop nee: ziel bij kan houden.
Hansje zegt
Na G-day is die ook wel een heel abrupte overgang, lijkt me. (En aangezien G-day voorlopig niet terugkomt, zal het de volgende keer vást beter lukken.)