Vanochtend wil Flip weer niet eten.
Ik duw hem in zijn mandje en ga naar de dierenarts.
Dierenarts Martin ziet dat Flip een bobbel heeft onder zijn linkerwang. Mogelijk een tumor. Waarschijnlijk een abces. Wat heel goed kan omdat, ziet dierenarts Martin, hij haken aan zijn kiezen heeft.
Martin ziet het plekje aan het oor van Flip waar hij de narcose voor de castratie heeft gehad.
Raar dat die dokter de haken niet gezien heeft, zegt hij.
Dierenarts Theo zag ze maandag ook niet, zeg ik.
Waarop Martin iets onduidelijk-ontwijkends zegt.
Ik laat Flip achter. Onder een roesje wordt hij nader geïnspecteerd. “Ik wil dat hij blijft leven,” zeg ik. “Als het enigszins kan.”
“Wat ben je aangeslagen,” zegt dierenarts Martin.
Om half 1 mag ik bellen. Misschien word ik zelf gebeld. Als er iets moet worden overlegd = eufemisme voor ‘doe maar’ zeggen wanneer de dierenarts een situatie schildert die als het aan hem ligt neerkomt op ‘inslapen’.
En misschien weten ze om half 1 nog niks aangezien dierenarts Martin het vanochtend erg druk heeft.
Zegt assistente Evelien.
Hansje zegt
Ach gossie… arme Flip, arme Jeanne. Nu maar hopen dat je straks goed nieuws krijgt, ik duim!
Inger zegt
Oh dear. Sterkte voor jullie allebei.
Jaap zegt
Voor jou en Flip al het goede.