Kim schreef:
Ik kan me voorstellen dat je graag erkenning wilt, maar denk niet dat je dat moet ‘verwachten’. Natuurlijk is het fijn om te horen dat je iets moois geschreven hebt, maar in feite doe je gewoon je werk. Niet lullig bedoeld, hoor, maar zo is het wel. Een journalist schrijft, een chirurg opereert, een leraar geeft les. De meeste mensen krijgen meestal niet te horen dat ze het goed doen. Ik zou zeggen: koester de reacties die je spontaan krijgt en neem voor de rest aan dat het goed is.
Ik las het en dacht: ja, tuurlijk.
En: hoe arrogant durf ik te zijn.
Maar toen: nou… eh…
(en dat volgt nu)
“In feite doe je gewoon je werk” zegt Kim. Net als een chirurg of een leraar.
En dat is “niet lullig bedoeld” (en dat geloof ik).
Alleen denk ik dat er geen enkele reden is waarom ‘gewoon je werk doen’ als je het góed doet niet zou mogen worden geprezen.
Dat het niet gebeurt is 1 ding, maar waarom moeten we ons daar bij neerleggen?
Waarom zouden we (omgekeerd) niet de moeite nemen wie goed presteert daarvoor te prijzen?
Een beetje zoals die actie nu van het ‘bijna-geven’ wat geen echt geven is en waarvoor dus niemand iets koopt.
Niet alleen maar denken ‘goh, das goed!’ maar het ook uitspreken.
Kleine moeite. En je maakt mij niet wijs dat al die ándere journalisten en chirurgen en leraren dat niet op prijs zouden stellen en dat die écht in hun hart denken dat als iedereen maar gewoon doet iedereen al gek genoeg doet.
Helemaal mee eens. Ik doe ook “gewoon” mijn werk, heb er ook plezier in meestal, maar krijg alleen maar respons als er iets fout gaat, en dan kan ik er helemaal inzakken. Terwijl in 98% alles gewoon lekker loopt, maar ja, dat valt niet op, dat is gewoon.
Zo werkt het meestal, alles wordt geacht goed te gaan en je hoort pas wat als het niet goed gaat. Zo zonde van alle motivatie en inspiratie.
Jeanne, ik lees je graag, dat wist je al maar dat mag best eens hardop gezegd (getikt?) worden.
Vanuit de auteur zelf: wanneer het schijfplezier en de -motivatie té evenredig is met de mate van aandacht en waardering van anderen, dan bungel je steeds aan een touwtje. Toch al het natuurlijk lot van iedere creatieveling. Aldus kwam de Franse auteur Leauteau er toe zijn lezerspubliek het leven lang enthousiast te bespuwen – uit zelfbehoud.
En de zwartkijker Multatuli:
“Die Havelaar – ik meen ’t boek – is my een walg, en ik kan dit niet beter uitdrukken dan hun die my verzekeren: dat werk ‘met zooveel genoegen te hebben gelezen’ te antwoorden: Dan ben je een ellendeling!”
Daarom: “Publiek, ik veracht u met groote innigheid.”
@ Jaap: klinkt profound en superieur en sjiek.
Zelf stel ik een aai over de bol gewoon heel erg op prijs.
Call me shallow.
Iedereen wil een aai over de bol, ook genoemde heren. Alleen wilden zij er niet op wachten en keerden zich uit voorzorg tegen het lezerspubliek. Het sjieke dat daar uit spreekt is maar schijn denk ik, eerder onmacht. Erg profound is het ook niet, superieur wel, maar dan uit nood geboren.
Jij shallow? Kom op.