Guus vangen was géén makkie en Guus bij de dierenarts was een hoopje ellende.
Maar de dierenarts onderzocht Guus rustig en aandachtig en legde veel uit (wat een aardige man, die Ignas die nb is gespecialiseerd in reptielen).
Meest positieve: voor ‘een kat op tafel’ zoals hij de angstige kat bij de dierenarts aanduidde had Guus helemaal geen idioot hoge hartslag.
Ook verder deden de organen (longen, nieren etc.) het goed.
Ignas denkt dat met de huidige medicatie het prima gaat met Guus.
Hij zal niet eeuwig leven (wij ook niet) maar hij gaat zeker niet binnenkort dood.
Over het gehoor van Guus was de dokter minder positief.
Er zit geen oorsmeer in de oren wat betekent dat binnenin het oor iets kapot is, en dat kun je niet herstellen.
Daar moeten we dus mee leven.
Eenmaal thuis dacht ik dat Guus direct de tuin in zou vluchten maar Guus wou alleen maar dicht bij mij zijn (ik was nb degene die hem had gevangen en in het mandje gedaan) en dat bleef zo.
Wel raar om te weten dat hij alle lieve woordjes niet eens hóórt.
Extra *uitstralen* dan maar al die liefde die ik voel voor mijn katerman.
Like 🙂
@Lies: 😀