De Eco Pods waren de meest unieke bestemming.
Het zijn drie losse kamers, de twee links zijn slaapkamers, rechts is de badkamer.
Omdat ik er ’s nachts wel eens uit moet om te gaan plassen, koos ik voor de middelste kamer om in te slapen.
Ook dan was het nog een hele wandeling zeker die twee nachten dat het koud was met een frisse wind.
Ik had vantevoren gevraagd hoe het ging met de koelkast en het koken.
Was dik voor mekaar.
Er was ‘a stove’.
En gekoeld kon er ook worden.
De stove was een eenpitter met een mini butagasflesje.
De koelkast was een koelbox met een zak ijsblokjes (die elke dag moest worden ververst door zelf een nieuwe aan te schaffen – eerst het gesmolten water afgieten, dan de verse zak met blokjes erin).
Ik had de Eco Pods voor drie dagen gereserveerd.
Oei was mijn eerste gedachte toen het van die eenpitter en de koelbox tot me doordrong.
Mijn tweede was dat ik er iets van ging maken en dat heb ik ook gedaan.
De koelbox: geen probleem.
Maar koken – dat bracht ik niet op.
Ik ben sowieso niet zo’n kok en compenseer dat in Amerika door diepvriesmaaltijden te kopen en die in de magnetron te schuiven.
Tuurlijk had ik een blik soep of iets anders kunnen opwarmen.
En wél enthousiaste koks zouden vermoed ik opgewekt een gevarieerde maaltijd in 1 pan hebben gemaakt.
Niet ik.
Er was overigens wel een grote bbq.
Maar dat vind ik onzin, dat geval helemaal aan de praat krijgen voor 1 klein stukje vlees.
Ik maakte wat tochtjes, slaagde er tot 2x toe in verdwaald te raken op de terugweg en zat veel in de zon.
Na drie dagen dacht ik: dát was leuk!
Een week later dacht ik: maar ik denk niet dat ik ooit terug ga.
Geef een reactie