R. en ik waren naar de opera.
Eerst eten bij de aardige Italiaan aan de overkant.
Het begint om half acht. Na twee uur pauze. Na die pauze nog 1 uur.
Het eerste half uur vliegt voorbij.
Drie mooi zingende vrouwen.
Spetterende aria’s.
Daarna zakt het ernstig in.
Saai-saai-saai.
Some weer even iets leuker. Dan weer: saai.
Wanneer je alsmaar op je horloge kijkt en er dan telkens slechts 5 minuten voorbij zijn gegaan is het mis.
In de pauze besluiten R. en ik dat we voldoende zijn geïnformeerd.
We gaan naar huis. R. op de fiets, ik met de VW Polo door de mist van de polder.
Merkwaardig hoe een weg die je denkt dromend te kunnen rijden in flarden mist raadselachtig onherkenbaar wordt.
Wat ons opviel: het (prémière)publiek was niet fraai uitgedost.
Wij ook niet, maar wij zijn dat nooit.
De Zuidas, die hoort in kek rood mantelpakje of wat op dit moment modern is gekleed te gaan.
Maar ook dat was saai.
Saai bruin, saai grijs, saai zwart.
Wel mooi: de poppen die de Stopera al een tijdje versieren.
Geef een reactie