De dokter bezocht met de klacht: de huid om mijn ogen is rood en schilfert.
Dokter kijkt me aan of ik gek ben.
Gewoonlijk heb ik de ándere dokter in de praktijk. En waarschijnlijk zou die me ook niet herkennen maar deze dus zeker niet. Weet hij veel dat dit bij mij niet zo hóórt.
Dokter pakt een zaklampje en beschijnt mijn ogen.
Tja.
Of ik eraan wrijf.
Zo min mogelijk maar het jeukt dus wel (had ik vergeten).
En ik vertel alles dat ik me kan herinneren over de afgelopen maanden en oa dat mijn oogcrème prikt nu mijn huid open ligt. En zou het een allergie kunnen zijn.
Aha! de crème. Heb ik die bij me. Uiteraard.
Maar die gebruik ik dus al een maand niet en het gaat niet óver.
Nog een keer tja.
Hij kán me een zalfje voorschrijven. Maar eigenlijk mag ik dat niet lang gebruiken.
Dat is dan tegen de jeuk. Héél dun smeren. Vier dagen voor het slapen gaan.
Daarna proberen zo lang mogelijk zónder te kunnen.
Dan weer vier dagen. Daarna stoppen.
Hydrocortisonacetaat is het middel.
En dokter, u hebt dus geen idee wat het heeft veroorzaakt? Nee.
Tja dus.
jsmn zegt
hydrocortisonacetaat is een middel tegen exceem en dat soort dingen. men zegt inderdaad dat je dat niet al te lang moet gebruiken omdat je huid er dunner van wordt. mocht het niet het gewenste resultaat hebben, zou je eens kunnen proberen of cardiflor vsm iets doet (als je tenminste niet echt iets tegen homeopatie hebt).
en het lijkt wel dat artsen vaak niet veel kunnen met dat soort huidklachten. p. zat onder de uitslag, ineens. door de huisarts doorverwezen naar een dermatoloog. die zei: och, het is exceem, dat komt en gaat als de getijden en nee, ik heb geen idee wat de oorzaak is. en schreef hydrocortisonacetaat voor.
Jeanne zegt
Samen lijden helpt altijd.
(hopelijk vindt P. dat ook)
Maar wat me zo onaangenaam verrast (nou ‘verrast’): dat zo’n dokter niet eens *wil* nadenken en samen mogelijkheden doorlopen.
Ik zág ‘m denken ‘geen idee’ en als ze blijft zeuren geef ik een zalfje en hoog tijd voor een kop koffie.