In het kader van de tijd die vliegt: over zes weken ben ik al in Yuma (geef of neem een aantal uren, ik ben nooit erg goed in het uit mijn hoofd omrekenen van tijdverschillen en dag en nacht).
Onderweg ben ik een aantal keren gestopt o.a. bij de WalMart op de uitrijroute nog net aan de rand van Phoenix.
Daar zie ik de eerste kalenders. Die ik wel of niet ga kopen.
Kalenders zijn een leuk artikel om te verhandelen.
Vind ik. Op voornamelijk emotionele gronden. Nou ‘emotioneel’ – beter is ‘niet-rationeel’.
Ik vind ze ‘leuk’. Ik denk dat ik er klanten een plezier mee doe.
En (praktisch): na mijn vakantie heb ik dan makkelijk en snel mijn nieuwe Kadotips gereed.
Er zijn jaren dat de kalenders zeer behoorlijk lopen.
Het afgelopen jaar was dat niet het geval. Ik verkocht er wel. Maar ik hield meer dan de helft over.
(je hoeft geen bedrijfseconoom te zijn om te concluderen dat ik er niet alleen niet op heb verdiend: ik heb er op toegelegd – en niet zo’n beetje)
Zodat ik denk dat ik verstandig moet zijn en dit keer geen kalenders moet kopen.
Intussen staat tegen mijn boekenkast links nog een stapel grote kalenders. Stuk of 10-15 zo op het oog.
Ook nog een stapeltje kleine kalenders. Stuk of acht.
En twee dure kleine Peanuts-scheurkalendertjes. En een Garfield-scheurkalender.
Iemand zette hier eens in een commentje: prijs ze aan als materiaal voor scrapbookers.
Bij deze. Kijk eens in de Winkel.
En doe me een aanbod dat ik niet kan weigeren.
(tip: dat is nu het al bijna augustus is al snel het geval)
Geef een reactie