Kippen zijn sociale dieren.
Ze trekken graag samen op en er is een rangorde (‘pikorde’ is een naar woord).
Wanneer iemand wegvalt (tijdelijk of definitief) hergroepeert de groep zich.
Vb: Dotje en Anne zijn dikke vriendinnen, Bernadette hangt er bij. Soms mag ze meespelen, soms mag dat niet (of wil ze dat niet).
Toen Anne broeds was (en dus niet meespeelde) trok Dotje veel met Bernadette op.
Zodra Anne broedsaf was, liet Dotje Bernadette vallen gelijk de spreekwoordelijke baksteen. Haar echte vriendin was immers terug, ze had Bernadette niet meer nodig.
Nu is Dotje bij de dierenarts (zaterdagochtend komt ze terug).
R. en ik hadden verwacht dat Anne nu meer naar Bernadette zou trekken.
Niets daarvan.
Anne doet haar eigen dingen, Bernadette doet ook haar eigen dingen.
Anne slaapt op stok, Bernadette slaapt op de grond (zoals ze nu een paar weken doet).
’s Ochtends wachten ze samen ongeduldig tot ik eindelijk om kwart voor zes hun hok open doe.
Naar buiten stormen doen ze tegelijk. Dan scheiden zich hun wegen.
Allemaal aparte individuen met eigen karaktertjes.
Dat zouden die mensen eens moeten bedenken die eieren en vlees eten van kippen die met tienduizenden in een schuur zijn gepropt.
Geef een reactie