Waar ik in Amerika ben, kom ik zelden Nederlanders tegen.
Dat bevalt me wel.
Ik ben niet voor niets in een vreemd land.
Als ik Nederlanders wil ontmoeten blijf ik thuis.
Heel soms tref ik ze toch. Meestal in winkels. Waar ze hard pratend rond lopen, geen idee dat er wellicht iemand is die ze kan verstaan.
Zoals in de Salvation Army Thrift Store in Kingman, AZ.
Ik keek bij de boeken en daarnaast waren de platen. LP’s.
Een man, die eruit zag als een oudere jongere op leeftijd knielde bij de LP’s.
Een vrouw in een soort dirndl-outfit met opgebonden borsten in roze bovenstukje en geblondeerde beehive ging tegen hem tekeer op een manier waar ik terwijl ik het officieel niet verstond al helemaal ellendig van werd.
De details ben ik nu kwijt en ik heb geen zin om ze in mijn dagboek op te zoeken.
Vooral voelde ik: de haat tussen haar en hem en hem en haar.
En ik dacht: wat doen jullie samen in Amerika. Samen in lieflijk, rustig, genoeglijk, provinciestadje Kingman.
Jullie maken het vies met jullie haat, jullie gekift.
Geef een reactie