Toen ik vanochtend opstond dacht ik: ik doe het niet meer. Om half zes m’n bed uit om te schrijven over een radioprogramma dat ik steeds minder leuk vind. Hoewel dat ‘leuk vinden’ maar ten dele het probleem is: het is vooral het wérk. Het kost teveel tijd. Allemaal in m’n eentje (in de ochtend dus – in de avond is Hansje er).
Dan, een paar uur later: een nieuwe Fanlogger.
Hoe en wat en concreet moet nog ingevuld. Maar er doet een nieuw iemand mee.
Ook vandaag reken ik uit wat ik vorig jaar heb verdiend – opdat mijn belastingman het kan melden voor de omzetbelasting omdat ik op tilt ga bij de gedachte aan electronisch aangifte doen. Dan liever een paar tientjes investeren en het hém laten doen.
De berekening stemde me niet vrolijk.
‘Wanhopig’ is zo’n groot woord. Maar op een schaal van diep-droef tot hemelhoog-juichend zit ik toch meer aan de linkerkant.
Zodat het wachten nu is op de omslag die dáár op gaat volgen.
Liefst ook nog vandaag als het kan.
Een nieuwe fanlogger?
Dat zou om vele redenen fantastisch zijn.
Zeer benieuwd.
Het is iemand die ik ken via twitter en denk niet meteen dat ze elke ochtend vijf stukken schrijft – mogelijk alleen af en toe een zondagverhaal.
Zou al héél mooi zijn.