Ergens na drie uur stapt Guus met huis binnen met een gedempte versie van ‘grote prooi’.
Waarna hij naast het bed de kaken zet in iets dat hard kraakt. Stevige botten heeft het slachtoffer. En lang duurt het.
Wanneer het stopt slaap ik weer in maar dan begint het opnieuw.
Kraak-kraak.
En wéér duurt het lang.
Zodat wanneer ik een uur later ga plassen ik voor alle zekerheid het licht aandoe – ik wil nergens in trappen.
Terecht, want er liggen ongeveer 20 centimeter lang ingewanden voor het bed.
Daarna wéér: kraak-knaag.
Later: hevig gekots in de gang (o nee).
Dan tien voor zes een kermende kip onder het raam: ze moet een ei leggen en dat moet in de schuur.
Ik kon uitslapen tot half zeven maar dit kan ik niet aanhoren dus ik sta op.
Het gekots blijkt slijm te zijn.
En de ingewanden zijn nu nog maar een centimeter of drie.
Eebje en Sammie willen ontbijten.
Guus ligt in een zeer tevreden bodemloze slaap.
Nu óp dat bed.
Geef een reactie