Er zijn mensen die vaak moeten plassen.
Met ‘een overactieve blaas’ heet dat in radiospotjes.
Er is een man die amper de hoek om is wanneer hij weer terug moet naar huis omdat hij wéér moet plassen. Aangenomen dat hij -wetend dat zijn blaas overactief is- dit al gedaan heeft vlak voor hij de deur uitging ben ik bang dat hij nooit ver op weg raakt.
Maar goed: er zijn hem geen ‘ongelukjes’ overkomen.
Dan is er een vrouw die in de rij bij de kassa staat en vóór ze een wc heeft gevonden (ik voel haar paniek) is ‘het al gebeurd’. Ik zie een vrouw door een winkel rennen en dan opeens: straal plas langs de benen, weeë lucht om haar heen. Rooie kop van schaamte.
Ik heb met haar te doen.
De derde is een oma die, vertelt ze, met haar kleindochter bóven in het reuzenrad zit. En dan: kletter.
Deze laatste is komisch. Want je ziet al die mensen ónder haar die opeens pis in het gezicht krijgen. Zitten ze vrolijk te juichen van de griezel-spanning en dan dát.
Het is heel erg maar ik moet er steeds om lachen.
karin zegt
ik als Tena gebruiker meldt me. Een overactieve blaas is vaak een eufemisme voor incontinentie.
Jeanne zegt
Ik ben altijd een vaak-plasser geweest.
Niet dat ik de blaas leeg terwijl ik sta te wachten voor de kassa maar ik ken het ‘waar is een wc’-gevoel.
Daarom vind ik het op zich ook helemaal niet iets om over te lachen.
Maar dat reuzenrad-spotje is stupide.