Mijn laatste twee echte dagen vakantie verbleef ik in iets dat je met de beste bedoelingen een tiny house kunt noemen waar ik deed aan glamping.
Het ergste was (voor mij): er was in de advertentie WiFi beloofd, bij de bevestiging kreeg ik een wachtwoord, eenmaal daar lag er een briefje ‘er is geen internet’. Ook was er geen bereik voor telefoons dus ik had ook niks aan mijn hotspot.
Het uitzicht was geweldig! Hiervan vast een paar foto’s.
Toen was het via Sandy met de stampende kindervoetjes naar SLC en 11 uur vliegen en Loki was blij me te zien en lag tijdens mijn eerste jetlag slaap ook op bed maar is nu alweer een paar uur de hort op.
Ik ben blij thuis te zijn.
Dank je, ‘Oe’
Eigenlijk raar dat ik het zelf niet zag maar dank je dat jij het wél zag: rouw.
Opeens word ik me er heel erg van bewust.
Toen ik net hier was mailde mijn house sitter me dat kipje Tosca was overleden.
Roelof had haar ooit opgehaald van een opvang toen ik in Amerika was.
Toen ging ook nog mijn konijn Thomas dood.
Roelof had een bijnaam voor dat konijn. Het was alsof ik met Thomas nóg een stukje Roelof verloor.
Verder ging hier weer het verlies van Lodewijk (mijn man) door elkaar lopen met het verlies van Roelof – net als toen Roelof net dood was.
Dus ondanks momenten hier die best fijn waren (en die wáren er!) was er toch vooral het gevoel van verlies.
Wat niet minder is nu ik het wéét.
Maar het helpt dat ik het nu kan plaatsen.
Rouw
Soms moet een ander zeggen wat voor de hand ligt en wat ik zelf niet zie.
Dit is *niet* dat huisjes niet zo leuk waren als ik had gehoopt.
Dit is idd rouw.
De reis die ik zou hebben gehad als Roelof niet dood was gegaan.
De reis waarover ik anders hém zou hebben verteld.
Ik heb het vaker rationeel gezegd maar nu ervaar ik het dus: hij ging dood eind september en eerst ging ik rouwen en een dikke maand later dacht ik ‘kom, laat ik eens naar de dokter gaan met een klein mankement’ en belandde ik in een doodenge medische molen met artsen die zeiden dat het vast kanker was en een operatie en herstel daarvan en tóen moest ik nog rouwen maar toen liepen alle emoties door elkaar en was niks meer helder.
Misschien is dit nu de trigger.
Voor de rouw.
Hoe dan ook: het voelt kut.
En nu ik toch eerlijk ben
Ik heb me deze reis heel erg alleen gevoeld.
Ik hoef niet per se elke dag elk detail met iemand te delen.
Maar nu Roelof er niet meer is heb ik eigenlijk niemand die het iets kan schelen hoe het met me gaat.
Daar heb ik over nagedacht natuurlijk: hoe maak je nieuwe vrienden.
Op een club van postzegelverzamelaars van 50+ gaan?
Niet echt iets voor mij.
Vroeger had ik nog wat mensen met wie ik mailde.
Ik ben ze kwijt geraakt. Volgens mij niet per se door mijn eigen schuld.
En dan stuur ik af en toe een mail naar de eigenaar van het huisje in Pioneertown waar ik in het voorjaar heen ga en die mailt vriendelijk terug ‘always good to hear from you’ maar om die man nou elke dag lastig te vallen is ook weer zoiets.
Dus ‘reis niet zo leuk’ én me bewust van dat ik eigenlijk heel eenzaam ben.
Sneu.
Poging tot mezelf op deze reis begrijpen
Ik had er zin in.
Dat was dus niet het probleem.
Ik dácht dat alle optrekjes ideaal waren. Ik had ze al uitgezocht voordat ik in het voorjaar op reis ging. Ik dacht – vantevoren – zelfs dat deze reis fijner zou zijn.
Wat mis ging: dat afschuwelijke eerste huis met die kinderen en die mannen die alsmaar in de tuin werkten, direct achter mijn raam.
Drie dagen ellende.
Waarvan ik wat bijkwam in Whitewater (weer drie dagen) en daarna Mancos (vier dagen) om te ontdekken dat ik echt vrij weinig heb met bergen en groen.
Het is dat de eekhoorn en ik daar leuk contact kregen. Zodat het slot nog aardig werd.
Toen Lake Abiquiu wat van de vier dagen drie dagen grote herrie van speedboten was.
Het is een bestemming waar mensen dingen dóen – en dat wou ik nou juist niet. En al helemaal niet op Labour Day weekend waar drommen mensen dezelfde attracties bezoeken.
Intussen werd ik somber: zou het nog goed komen, raak ik dat ‘am I having fun yet’ kwijt. Earthship was leuk maar: geen diertjes. Ojo Caliente was gezeik met internet en tv en geen uitzicht en geen diertjes.
Pecos was fijn, Chama was ok.
Toen (gisteren) naar Dolores en dat was weer niks: ‘Mountain View’ cabin zonder zicht op de bergen, zicht op niks eigenlijk. Hard blaffende honden van de eigenaar (4 stuks). Huisje ’s nachts niet warm te krijgen.
Ik ging 1 dag eerder dan bedoeld naar Farmington.
Groot, donker huis. Maar met verwarming.
En met diertjes.
Nadenkend: ik moet blijkbaar ‘goed beginnen’ om uit mijn daagse ritme te komen.
Ik heb eenzaamheid nodig. En diertjes.
Wat ook kan meespelen is dat ergens in mijn hoofd zit dat om deze tijd de reis van vorig jaar zou zijn geweest die niet doorging omdat ik direct terug moest vliegen omdat Roelof ziek was. En dood ging.
In elk geval: ik word nergens echt blij van.
Bombay Beach, CA
Een week later
Na het Earthship verhuisde ik naar een ‘best leuk’ huisje bij Ojo Caliente.
Waar de tv het niet deed omdat de owner vergeten was het abonnement te betalen en internet het ook niet deed omdat internet het niet deed (wat ons allemaal kan gebeuren).
Owner/host deed zijn stinkende best om alles te verhelpen wat maar deels lukte en stortte me toen de helft van de huur terug. Hartstikke lief! En was niet nodig geweest.
Toen een schitterend huis bij Pecos National Park. Met een geweldig uitzicht en veel hummingbirds en eekhoorntjes.
Dit was het zitje aan de achterkant.
Daar was ik drie dagen en deed ik NIKS terwijl er een hoop te doen wás.
En kwam ik tot rust. En dacht ik: dit is dus wat ik wil – totale rust, isolatie, alleen contact met diertjes.
Vandaag ben ik voor slechts twee (=anderhalve) dag verhuisd naar Chama.
Mooi huis (meer van buiten dan van binnen) en mooi uitzicht waar ze veel wildlife in het vooruitzicht stellen.
En verdomd! ik ga om zes uur een dutje doen, word om half acht wakker en *direct* voor mijn huis lopen een ree en haar kind.
Het was al te donker voor foto’s en bovendien lette moeder erg goed op want hoewel ik in het donker achteraan in de kamer probeerde te blijven kreeg ze me toch door en vertrok.
Dit is het nieuwe huis.
Eindelijk
Toen ik bij Mancos wegreed voelde ik toch iets van weemoed.
Eekhoorn en ik hadden het leuk gehad samen.
De volgende bestemming was Lake Abiquiu.
De eigenares had beloofd dat ze me een txt zou sturen wanneer het huis eerder klaar was dan vier uur (ook hier was het inchecken vier uur) maar in plaats daarvan stuurde ze me een bericht via Airbnb dat ik pas zag toen ik was gearriveerd en vele uren rondjes had gereden om de tijd te doden.
Het huis was mooi en het uitzicht ook.
Alleen was er nóg een huis (ook een rental) dat steeds in je uitzicht stond wanneer je naar buiten keek.
Dat huis stond nergens op de plaatjes. En wordt ook nergens vermeld. Er zijn zelfs advertenties waarop je wel die struiken ziet maar géén huis.
Wat de vreugde ook niet verhoogde: ik was er met Labor Day weekend. Za-zo-ma-di.
Op die eerste drie dagen was het herrie van speed boaten en jetski’s en schreeuwende mensen. Alleen op de laatste dag was er rust maar toen was mijn enthousiasme voor dit huis al aardig bekoeld.
Gisteren verhuisde ik naar een Earthship bij El Prado. Waar de cleaning lady (ja, ik blijf het proberen) wél om half 3 een text stuurde dat het huis klaar was – en niet pas om vier uur.
“Een earthship is een relatief nieuwe vorm van een ‘aardehuis’, het is een autonoom gebouw gemaakt van afgedankte autobanden volgestampt met aarde, meestal geschikt in U- of hoefijzervormige modules,” aldus Wikipedia.
Als je meer wil weten: kijk hier.
Ik zag het huis liggen en wist: dit is het!
Zo *vriendelijk*.
Een huis waar ik binnen loop en me meteen op m’n gemak voel.
Uitzicht op andere, vreemdere (mooiere) Earthships.
Geen diertjes maar wel de waarschuwing dat het hier stikt van de ratelslangen en de tarantula’s.
Zo’n tarantula zou ik wel weer eens willen tegenkomen.
Eekhoorntje
On the road again (morgen)
Het was wennen, hier.
Mooi huis, hoor!
Mooi uitzicht ook.
Maar ik voelde me er eerst niet zo op mijn gemak.
Mij was ‘wildlife’ beloofd en dat viel tegen.
*Niet* de beer die tot voor kort hier de trash cans zou hebben open gemaakt.
Ook niet de kuddes reeën die bij andere gasten elke dag voorbij zouden draven.
Wel elke ochtend bij het openen van de deur naar buiten het geluid van vogeltjes.
Ze zaten op afstand. Maar ze kwetterden.
De lucht was ook lekker. Berglucht. Fris, ‘gezond’.
Een enkel konijntje. 1x.
Wat vaker eekhoorns.
Die gretig aten van het ‘seed for wild birds’ dat ik aanbood.
Mooiste was: gistermiddag zat ik in de ’tuin’ en dacht in de verre verte een roofvogel in een boom te zien.
Ik maak een foto. Blijkt het een eekhoorn te zijn.
Hóóg in een boom.
Die na een tijdje erg hard gaat krijsen.
(google leert: de alarmroep van de eekhoorn die collega’s wil waarschuwen dat er een griezel in de buurt is)
De eekhoorn zit vele uren in die boom.
Ook stil.
En vanochtend weer (aangenomen dat het dezelfde is).
Ik denk dat als ik hier langer was gebleven, ik iets moois had kunnen opbouwen met de eekhoorns.
Mij maakten ze gelukkig.
Dit is wat ik nodig heb: diertjes.
Foto’s zoek ik tzt thuis wel uit.
View of the lake
Rental nr 3.
Idioot duur.
Erg groot, comfortabel, bijna twee appartementen (begane grond en boven).
Begane grond is wat donker maar heeft de keuken en de tv.
Boven is veel lichter maar heeft geen tv.
Jammer, anders was ik daar ingetrokken.
Nu gebruik ik wel de master bedroom daar (er zijn nog drie slaapkamers).
Omdat de ochtendzon daar binnen komt.
Er zijn balkons en uitzichten en ‘decks’ aan alle kanten.
Toen ik aankwam was het zeer matig weer (regen met af en toe een zonnestraal) maar hopelijk ga ik morgen wel in de zon zitten. Ergens.
Volgens de reviews zouden er veel dieren zijn.
Reeën. Beren zelfs! Een konijn zou ik al leuk vinden.
Wie weet wat er nog komt.
Ik blijf hier vier dagen.
Morgen ga ik lopen naar het meer dat verder weg is dan je op basis van de foto zou denken.
Rust!
Het was érg lang rijden (6 uur) maar toen was ik er: het mooie huis in Whitewater, CO (eigenlijk is dit Orchard Mesa, de plaats Whitewater ligt op 6-7 km – maar zo adverteren ze ermee).
Ik huur de rechterhelft t/m dat grote raam boven.
Omdat ik vroeg was vertrokken (vóór 8 uur in de ochtend) kwam ik ook relatief vroeg aan.
Auto uitpakken, cola inschenken, buiten zitten en denken OMG! wat een *rust*.
Geen énkel geluid behalve een krekel of een zoemende bij en heel in de verte een vogel. Soms wat zachtjes aanzwellende wind die door de bladeren speelt.
Géén stampende kindervoetjes boven mijn hoofd!!!!
Ik was hier al een aantal keren. Het eerst drie jaar geleden. Kon daarom nu huren met korting. Extra fijn: de eigenaar die de andere helft bewoont is een paar dagen weg. Ik zit hier echt helemaal alleen.
Vanochtend sta ik op om 6 uur, kijk hoopvol uit het raam maar zie geen reeën.
Een half uur later: daar zijn ze! Zowel achter het huis als schuin aan de voorkant.
Mijn vakantie is NU begonnen.
En dat andere optrekje dat doe ik nóóit meer! Na deze reis bedoel ik. Helaas heb ik al geboekt voor de laatste avond in Amerika omdat ik dácht dat het daar ideaal zou zijn en dat ik dan liever de reis zou willen afronden dáár dan in een onpersoonlijk hotel.
En ze hebben een erg strenge policy mbt annuleren (want geloof me: ook dat heb ik onderzocht!).
Verraderlijk mooi Sandy
Loki spint! hij is blij met de oppasser!
Loki spint!
Sandy, UT
On the ‘road’ again
Waar ik naartoe ga (1)
Dit is mijn eerste rental: Sandy
Het is de begane grond van dit mooie, grote huis.
En je kunt zien dat een deel van de foto’s met een behoorlijk vertekenende groothoeklens zijn genomen.
Maar de tuin lijkt me fijn en als ik dat wil kan ik op de 1e etage in de jacuzzi zitten want de eigenaars houden de gordijnen naar de jacuzzi gesloten.
Ik heb nog weinig ideeën over wat ik daar vérder ga doen.
Behalve in de zon zitten en lezen en wandelingetjes maken door de tuin.
Misschien is dat ook wel genoeg.
Aftellen en boze droom
Het is nu bijna zover.
Nog twee dagen. Dan vlieg ik in de ochtend weg.
Wat anders is dan anders: gewoonlijk verblijf ik de 1e nacht na het vliegen in een hotel en rijd ik de volgende dag naar mijn eerste rental.
Nu heb ik een airbnb op ongeveer 1 uur rijden van Salt Lake City Airport en daar rijd ik na het landen (wat als alles goed gaat tussen de middag zal zijn) en het auto ophalen en het primaire boodschappen doen meteen heen.
Dat scheelt me een (vrij zinloze) nacht in een hotel.
Maar het maakt de overgang ook veel abrupter.
Toen kreeg ik vannacht ook nog een boze droom.
Wanneer je op Schiphol door de douane gaat moet je je koffertje en je laptop en nog wat dingen in bakjes doen.
Die gaan door een scanner. Zelf ga je ook door een scanner en tegenwoordig word je ook nog betast door een beveiligster.
Dan mag je kijken hoe je spullen langzaam uit de scanner komen en als je geluk hebt kun je ze meteen van de band halen en als je iets minder geluk hebt worden sommige dingen nog even apart onderzocht.
In mijn droom kwam ik uit die mensenscanner en onderging de betasting en… wég bleken al mijn spullen.
Allemaal!
Gestolen dus (vermoedelijk) door een passagier die iets eerder naast de band had gestaan.
Ik was helemaal wanhopig, zocht hulp bij luchthavenpersoneel maar niemand wou me helpen.
So much for ‘voorpret’.