Ik ben dol op vogels.
Ik ben blij met in mijn tuin de huismus, de heggemus, de turkse tortel, de kauw, de roodborst, het winterkoninkje, de sperwer, de merel, de spreeuw, de houtduif, de lijster, de koolmees, de pimpelmees, de vink en nu vergeet ik er vast een hoop.
Allemaal zie ik ze graag maar mijn hart klopt iets sneller wanneer ik opeens tik-tik-tik, tak-tak-tak hoor en in de verte dwars door de regen een specht zie.
Verrekijker erbij. Ja: specht. Geen rood. Althans, dat zie ik niet. Zéker geen rood op het hoofd.
Foto. Zéér onscherpe foto. Maar ja hoor: de grote bonte specht. En dan de dame.
In Yuma heb ik ook een specht. Die zie ik soms vanuit mijn motelkamer. In april of in september. Dan trekt hij door.
Dit jaar was hij er ook. De Gila Woodpecker. En ook dit was een dame. Die zich op de tweede foto afvraagt of ze soms iets van me aanheeft.
De derde toont haar met een vriendin in de gloed van de ochtendzon. Met de camera kan ik op die afstand niet veel.
Ik volsta met bewonderen.