Jeanne's Weblog

"Het is vaak wat lastig te zien in het dierenrijk: het verschil tussen man en vrouw. Zo bleek pas uit dna-onderzoek dat eenvijfde van de kokmeeuwen homo is. Doel van dat onderzoek was trouwens om uit te vinden of de meeuw een trouwe partner is en de onderzoeker dacht heterostelletjes in het vizier te hebben.

Wat het onderzoek ook meteen duidelijk maakte: homomeeuwen bouwen graag een nest, te vullen met eitjes die ze pikken óóf ze schakelen een ´´draagmeeuw´´ in."

(Bron)

Een deskundige vertelt Rob Trip over Botha die gisteren dood is gegaan.
Ik luister maar half want ik ga er niet over schrijven.

Het slot.
Rob Trip: "Hij is verbitterd gestorven."
De deskundige: "Ja, en hij heeft een hersenbloeding gehad, dat heeft er ongetwijfeld ook aan bijgedragen."

Oeps.

"De campagne is nog niet begonnen," lacht Wouter Bos tegen Pieter Jan Hagens.
De campagne begint pas vrijdag op RTL en hij hoopt op "een goed debat over inhoudelijke kwesties".

Hagens herinnert hem aan afgelopen zondag en die nare uithaal van JPB.
En aan dat hij, Bos, gisteren een beroep deed op zijn tegenstrever om te dimmen.
Maar nu heeft JPB het over "de lange tenen van Wouter Bos".

Waarna Hagens harder en harder inhakt op de PvdA-voorman op wie ik waarschijnlijk ga stemmen. En ik denk: kom op, Wouter, je kunt die blaaskaak Hagens toch wel aan?
Maar dat kan hij niet.

Wouter Bos duikt steeds meer in het defensief.
Zodat ik denk dat Philip van Praag (zaterdag in het Radio 1 Journaal) gelijk had toen hij zei: als je het eerste debat uit komt als de loser moet je de rest van de campagne knokken om je imago nog een draai ten goede te geven.

Mensen die bewust doen alsof ze zich niets kunnen herinneren van iets, dus liegen, verstoren daarmee hun werkelijke herinneringen.
Daardoor kunnen ze zich uiteindelijk weinig herinneren van wat werkelijk is gebeurd.
Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Maastricht.

(Bron)

“I’d like to welcome President Clinton,” he told the cheering crowd.

“And I see she’s brought her husband.”

(Bron)

De verkiezingsstrijd hoeft niet zachtzinnig te zijn.
Het mag er hard aan toe gaan, als de kritiek maar inhoudelijk en fair blijft.
Een negatieve campagne, waarvan we bij het CDA nu de aanzetten zien, kan gemakkelijk overgaan in een vuile campagne, waarvan we uit Amerika staaltjes kennen.

Vanwege dat risico had Balkenende zijn kritiek zorgvuldiger moeten formuleren.
Hij is niet alleen aanvoerder van het CDA, maar ook de premier van dit land, die het goede voorbeeld moet geven.
Dat betekent niet dat hij zich als een staatsman van het debat afzijdig moet houden, maar evenmin dat hij zich, eenmaal buiten het Torentje, als een straatvechter moet gedragen.

(Bron)