Wanneer ik slecht slaap kruip ik tegen Eebje die op een aangrenzend kussen ligt. Ik duw mijn hoofd tegen haar lijfje, ik praat en aai.
Eebje wordt wakker, gaat spinnen en likt mijn hand.
So far so good ware het niet dat wanneer ik écht slecht slaap ik een kwartier later wéér aan haar ga frunniken.
Zoals vannacht.
Gevolg voor mij: doodmoe sleur ik me door deze dag.
Gevolg voor Eebje: ze is zelfs te uitgeput om naar beneden te komen voor het tweede ons rosbief.
Het minste dat ik kan doen is daarom haar d´r portie boven serveren.
En als ik Eeb was zou ik omwille van de nachtrust vannacht maar op de bank gaan slapen.