Het is vast de vermoeidheid.
Maar tranen, tranen, tranen.
En ik nog denken: niet doen! Morgen zie je er niet uit. Stop met janken.
Maar klote voel ik me.
Zo moe en zo onbegrepen en zo miskend.
Al die moeite – o mijn got voor wat.
De ster heeft een mooie dag gehad. Zij heeft lof geoogst in de studio.
En ik ben alleen hartstikke moe.