"Mijn dochter wordt schrijfster" zegt een vroegere buurvrouw die ik tegenkom in de supermarkt. Ze glimt van trots.
En ik denk: goh, zou de dochter een manuscript bij de uitgever hebben liggen en heeft die de publiciteitscampagne al in de startblokken staan.
Maar ze blijkt nu Engels te studeren en daarna gaat ze een opleiding voor ´schrijver´ doen en dan volgt de rest dus vanzelf.
Weer thuis lees ik Remco Campert in de Volkskrant. Over hoe in zijn tijd jongens die boeken lazen voor lulletje werden aangezien en dat ze zich dan voornamen om schrijver te worden terwijl het nog lang zou duren voordat dat beroep voor vol werd aangezien.
Maar: "Nu wil iedereen schrijver worden" stelt Campert vast.
En ik realiseer me dat ik 1 ding niet heb durven vragen: maar waar gaat ze dan van léven.
Aangenomen dat zelfs een talentvol schrijfster niet per se de omzet van Connie Palmen of Renate Dorrestein heeft.