Het gelukkigst was ik in Pioneertown.
Dat was mijn eerste bestemming.
Ik zat vol van het debacle van mijn ontmoeting met M. in Wenen en was totaal aan het doordraaien.
Toen Dave en Sachi aanboden leuke dingen met me te doen zei ik dan ook meteen nee: ik moet met mezelf in het reine komen, het gaat niet goed met me.
En omdat het geweldige mensen zijn begrepen ze dat en drongen niet aan.
Mocht ik me bedenken: zeg het.
Anders: prima.
Een voordeel van Pioneertown bleek nu dat WiFi er abominabel is.
Je kunt meer niet dan wel online.
Wat betekende dat ik die eerste middag op het terras zat, kijkend naar de woestijn en de diertjes en ja! ‘inner peace’ en ‘in tune with nature’.
Al na een uur daalde er een rust over me heen.
Mails van M. die tenslotte doorkwamen met ‘how are you’ beantwoordde ik met ‘bad internet connection – later’ wat waar was maar vooral: me ook rust gaf.
Ik zag chipmunks bijna over mijn voeten lopen, fotografeerde konijntjes drinkend vanuit de waterbak op 1 meter achter het huis en – hoogtepunt! – stond op de laatste dag oog in oog met een Tarantula.
Wat een schitterend dier is dat! ik naderde tot op minder dan een meter en las pas later dat indien ze zich bedreigd voelen ze haren schieten die zeer pijnlijk zijn.
Van de omgeving direct om het huisje nam ik foto’s met mijn Nikon, de Lumix en de smartphone.
Ik kreeg er niet genoeg van.
En nog steeds denk ik: ik moet terug! want als er 1 plek is waar ik kan rechargen als de wereld hier me teveel wordt is het dáár.
shabnam zegt
Dat blijkt steeds weer echt jouw plekje te zijn. Mooi hoor.