De hele dag tot tien minuten geleden was ik bezig met het schrijven van ‘Sportief’ deel 8.
Net gunde ik mezelf even de tuin in. Hapjes brengen aan knagers en kippen. En kijken hoe het met mijn planten gaat. Deze mn.
Ze staan langs het smalle pad en vorige week trok de werkster toen ze naar de achtertuin liep er zó maar de groene bak overheen zodat ze helemaal plat lagen. Ik kon wel janken en deed dat bijna ook omdat ik ze de laatste weken zag groeien en bloeien en steeds dacht: wat heb je toch een mooi onkruid.
Ik hielp ze dus weer overeind en gelukkig stonden ze er een dag later weer mooi bij.
Helaas: tot maandag. Want dan komt ze weer. En ik heb al eens (afgelopen maandag óók) gezegd dat ik zo hou van m’n onkruid maar het horen en het begrijpen en er dan rekening mee houden zijn verschillende zaken.
Vraag: om welke plant gaat het? waar een witte en een roze variant van naast elkaar (kunnen) staan.
En: als hij wordt vernietigd (plat gereden) en écht dood gaat, komt hij dan volgend jaar weer terug?
Tis een duizendknoop in elk geval, waarschijnlijk Persicaria, maar daar zijn veel varianten van.
Dit lijkt me perzikkruid, P. maculosa, maar die heeft meestal – niet altijd – zo’n zwart vlekje op het blad.
Wordt algemeen beschouwd als lastig onkruid, is een vaste plant en zaait zich flink uit. Het zaad zit vaak in vogelvoer. Dus waarschijnlijk is ie niet zomaar verdwenen, hoewel ie misschien op een andere plek opduikt (het zijn vaak pioniers, die opslaan op plekken waar de grond bewerkt is).
Goed nieuws, dus!
Aangezien ik ‘m erg mooi vind.
Zelfs als-ie maandag wéér wordt plat gewalst en nu misschien echt het loodje legt is er een goeie kans dat-ie ook ergens blijft.
Hij doet me zo denken aan vroeger, toen ik kind was.
Geen idee waarom.
Heimweekruid 🙂
Mooie nieuwe naam…
Ik heb het snorrekruid genoemd omdat het zwarte vlekje de vorm van een snor heeft. Maar dat is zelfbedacht..