Sinds ik terug ben uit Amerika hebben Loki en ik een nieuw ritueel.
Vroeger ging ik ’s nachts wanneer ik hem miste even de trap een paar treden af en dan lag hij op tafel of op zijn toren en soms kwam hij dan naar me toe en lag verder op bed.
Nu ligt hij daar niet maar zit hij buiten op het tafeltje op het terras achter het huis.
Waar hij overdag ook wel eens zit. En dan (overdag én ’s nachts) bedoelt hij: laat me binnen.
’s Nachts bedoelt hij óók: en nu wil ik iets eten.
*Dus* geef ik hem dan een super lekker zakje van 50 gram, nu eens Gourmet, dan weer Sheba.
Razend duur maar ja, je houdt van zo’n kat, hè…
Intussen heeft Loki me goed afgericht.
Hij wacht elke nacht achter het huis tot ik kom opdagen.
Heel soms, om me scherp te houden, zit hij in de heg van het huis aan de overkant.
Als hij me dan ziet opduiken achter de voordeur komt hij aansprinten.
En ja, ook dán verwacht hij een lekker hapje.
Waarom het werkt, geen idee.
Wel van dat ‘lekkere hapje’.
Maar hoe weet ik dat ik hem moet binnenlaten?
Maakt hij geluid en hoor ik dat, hoewel hij erg zacht mauwt?
Of voel ik het?
Want het is niet zo dat ik elk half uur even ga kijken.
Vannacht nog: ik sta op, loop naar het slaapkamerraam, kijk naar beneden en daar zit Loki die vanaf het tafeltje naar boven kijkt.
Hij beloont me wél als ik hem dan voer.
Soms. Niet altijd.
Zodat ik extra dankbaar ben wanneer ik hem op bed voel springen en zachtjes hoor spinnen.
Er is een reden dat ze zeggen dat mensen kattenpersoneel zijn.
Geef een reactie