‘Normaal’ houd ik mijn tuin zelf zo’n beetje bij tenzij er bomen omwaaien – dan bel ik de tuinman.
Deze winter kwam het er niet van en vorige week dacht ik: ik vraag wat hij voor me kan betekenen in vier uur en stuurde foto’s van hoe het er nu uitziet.
In vier uur, zei de tuinman, kon hij datgene opruimen dat mij het meest stoorde: de verdorde en geknakte gulden roede, de hop.
En de braam die me zo irriteerde kon hij voor me uitgraven en afvoeren.
Zo zag het er vorige week uit.
En zo nu.
Wat prettig is, zegt de tuinman, is dat ik nu kan zien wat er opkomt.
Lijkt me idd fijn zodat ik zodra hij weg is een rondje tuin doe.
En meteen zie dat wat vooral enthousiast opkomt de brandnetel is.
Ik ruk eraan en soms kom er een stuk wortel mee, maar meestal niet.
En ja, ik kán de tuinman vragen terug te komen om de brandnetels te bestrijden (voor zover mogelijk).
Maar ik vroeg niet voor niets om ‘vier uur’ en niet ‘zoveel als nodig’.
Geld kan ik maar 1 x uitgeven en dan scoren op mijn lijstje van ‘belangrijk’ Amerika en de mini trips toch hoger dan ‘brandnetels te lijf’.
wat een enorm verschil. Kan me voorstellen dat het een enorme klus is zo’n tuin. Maar het ziet er nu in elk geval weer goed uit.
De tuinman zei dat ik het beter kon laten doen eind herfst.
Dan wordt het niet zo’n troep.
Zelf heb ik niet zoveel problemen met de troep (tot dat moment dat het me opeens echt teveel wordt) maar de kippen vinden het verschrikkelijk.
Die houden niet van bush walking.
Ik zag het gisteren meteen al, dat ze veel meer de hele tuin verkenden – alsof ze op avontuur gingen.
Ander voordeel van eind herfst (= begin december): dan kan ik op het verlanglijstje wél zetten ‘brandnetels weg’.