Vroeger liep ik nog wel eens met Tashi en L. een rondje Middenweg. Onderweg fotografeerde ik vooral Tashi maar soms ook wat polder. Misschien komt dat er wel weer eens van.
Als ik niet hóef, loop ik niet.
Erg, héél erg (ik weet het). Zeker omdat ik de laatste keer in Amerika bedacht dat er een aantal korte trails zijn rond mijn favoriete steden die het leuk zou zijn te lopen. Al was het maar omdat ik zo weer eens iets anders meemaak dan rondrijden en shoppen.
Maar in 42 dagen raak ik niet in shape dus het zal er dit keer niet van komen.
Het enige dat ik doe is (bijna) elke zondag naar de brievenbus lopen. Wat ongeveer 150 meter verderop is.
Om dat niet al te suf te laten lijken heb ik mezelf als opdracht gegeven op die route nieuwe foto’s te ontdekken.
Vandaag liep ik het parkeerterreintje op dat tegenover de Troefmarkt ligt.
Vanaf die plek kun je kijken in de tuin van ‘het huis van Kosto’ wat al erg lang niet meer het huis van Kosto is, maar ja.
Dat beeld (zie hieronder) staat in die tuin. Wanneer je lángs de tuin kijkt zie je bomen. En als je ongegeneerd alsof je een toerist bent een stukje vóórtuin kiekt, zie je een enge steen. Daar hebben ze er twee van. Maar die staan zover van elkaar dat ze niet op 1 foto kunnen.
Misschien een late verdedigingslinie tegen de Rode Jeugd.
Comment van een geoefende toerist in jóúw dorp:
Die knotwilgen hebben ze – en nog wel in de winterse kou – heel erg kort gesnoeid. Gelukkig kun je aan de rij aan de andere kant van de sloot zien dat ze daar tegenkunnen. Mooi dorp – en heel ánders mooi dan Yuma en Chloride, AZ.