R. was hier om te helpen met het allerergste van de tuin.
Dat was twee uur hard werken en wijzen op brandnetels en op een nare prikkende woekerplant met paarse bloempjes en zelf intussen ook wat nuttig tuinwerk doen. En vertederd kijken naar de knagers en de kipjes en Guus.
Wanneer R. weg is zie ik meteen wat is vergeten, doe zelf nog wat en zie dan ook wat door R. is uitgerukt maar wat hij over het hoofd zag bij ‘uitgerukte troep verwijderen naar composthoop of groene bak’.
Ik grijp de stapel vast en stom! stom! brandnetels.
Daarna komt: treuren om wat tijdens het opruimen zo hard is platgetrapt dat stengels zijn gebroken.
En ook: wat was overwoekerd door troep ietsje beter vrij maken in de hoop dat het toch weer het onderdrukte kopje opricht naar de zon.
Op dit moment is mijn tuin links (vanuit huis) nog steeds uiteengevallen sprieterige warboel en rechts braakliggend geplukt terrein.
Voor links hoop ik dat het droog blijft. Voor rechts bid ik om een verkwikkende regenbui.
Bekend dilemma…