Week 2 is als week 1 behalve dat de dagen van ‘verbaasd dat ik kuch’ zijn overgeslagen.
Slechte nachten, korte ochtenden, veel slaap.
Ik ga ’s ochtends de deur uit met plannen: thrift store, boekwinkel, begraafplaats.
Na 1 ervan ben ik al hartstikke moe en keer ik terug naar mijn motel om te slapen.
Een uitnodiging te gaan eten sla ik af wegens ‘ik kom de avond niet wakker door, nog geen uur’.
Ongeloof want op wat schorheid na merk je niks aan mij.
Geen ‘ach wat zielig’-druipneus. Geen rood opgezwollen kop.
Ik voel heel erg mee met de mensen met de onzichtbare ‘ik ben zo moe’-ziekte.
Geleidelijk zie ik de vakantie door mijn vingers slippen.
Halverwege en nog geen kijk op dat het beter gaat.
Geef een reactie