“Mercedes… Mercedes…” fluistert een mannenstem in de reclame.
“Wie is Mercedes?!”
Een vrouwenstem is argwanend-boos.
Mercedes is niet een Spaanse schone.
Mercedes is een bestelauto.
Domper.
Mijn Mercedes is een SUV.
Haar achternaam is GLK350 en all in kost ze om en nabij de € 100.000.
Ik kan me haar niet veroorloven.
Niet bij benadering.
Maar soms droom ik wel eens van haar.
Knalrood en met open dakje.
Toen ik weg was heeft R. mijn 13-jarige VW Polo APK laten keuren.
Hij moest worden bijgeschaafd en er moest het 1 en ander worden vervangen.
R. heeft Martin Schilder (garage tevens verkoper) gevraagd of Polo eigenlijk afschrijving naderde en er moest worden omgekeken naar een nieuw (tweedehands) exemplaar.
De garage, die erg mooie knalrode net niet nieuwe Polo’s in de aanbieding heeft, zei: nee.
Pak van m’n hart natuurlijk.
“Mercedes… Mercedes…” droom ik stiekem verder.
In Amerika had ik dit keer de Chevy Traverse waar ik 7 personen riant in had kunnen vervoeren mocht ik dat hebben gewild.
oh lord won’t you buy me a mercedes benz
met name dat lachje aan het einde