Greta is in de rui.
Eerst legde ze geen eieren meer, toen verloor ze een paar veren en nu is ze hard op weg ‘geplukt kippetje’ te worden.
Dat is zielig want het is koud.
Maar het is erger zielig want een ruiend kippetje voelt zich klote.
En moet hard aanpoten om weer een kippetje-met-veren te worden.
Greta trekt zich terug bij de houtstapel.
Dat is relatief beschut.
Maar Greta trekt zich éxtra terug.
Als ik lekkere hapjes aanbied, hoeft ze die niet echt.
Een enkel hapje, vooruit – maar eigenlijk zou ze volgens mij het liefst in bed liggen met de dekens over zich heen.
Zo ken ik Greta niet.
Greta, mijn kippetje-de-voorste dat als ik even niet oplet in de woonkamer staat en daar Guus de stuipen op het lijf jaagt door haar daadkrachtig rondstappen.
Greta, mijn zeurkousje, dat géén genoegen neemt met (jammie!) kostelijk strooivoer of pinda’s of krentebollen waar de andere kippen wél blij mee zijn maar pas stopt met indringend aankijken als ik kaas heb gestrooid.
Nu, in de rui, neemt ze een enkel hapje van de kaas en … laat verder maar zitten.
Er is niets dat ik kan doen om haar te helpen.
Tartaar bied ik aan. Eitjes.
Lamaar, doet Greta.
1 dezer dagen zal ik wat foto’s nemen.
Beetje vernederend.
Maar dan begrijp je wat ik bedoel.
shabnam zegt
Leuk en liefhebbend geschreven! Ben benieuwd naar de foto’s.